‘Vroeger zeiden ze altijd dat op de markt je gulden een daalder waard is. Tegenwoordig gaat het echt ook om de kwaliteit’, zegt Erik de Vrij. Erik is marktmeester in de gemeente Velsen en verantwoordelijk voor de drie weekmarkten die in onze gemeente te vinden zijn. Op dinsdag vind je in Velserbroek de markt, op donderdag in IJmuiden en op vrijdag in Santpoort-Noord. ‘Op de markt krijg je nog echt persoonlijke aandacht en er hangt meestal een gezellige sfeer. Toch kan het beter. We zien dat de markten kleiner worden en dat er minder mensen naar de markt komen. En dat terwijl het aanbod aan producten ruim en kwalitatief goed is.’ Om deze reden worden de komende tijd meerdere ondernemers voorgesteld. Deze maand zijn dat Maurice van de Bosch van Richard Fashion en Jan-Geert Scholten van Scholten Groenten en Fruit.

Richard Fashion.

Maurice staat al 52 jaar op de markt in IJmuiden. Sinds 1972. Eerst met aardewerk en porselein maar al heel snel veranderde hij dat naar herenkleding. ‘Het begon met overhemden. Een vriendin van me had een hele partij overhemden voor mannen gekocht en die mocht ik van haar overnemen toen ze hoorde dat mijn kraam met aardewerk niet goed liep. In de jaren ’70 was de markt in IJmuiden nog heel groot. Wel 210 kramen (nu 20-22). Als er dan kermis was, die ook op het Marktplein kwam te staan, dan moesten wij uitwijken naar de Kennemerlaan. Die was eigenlijk te kort. Dus meestal hoopte de toenmalige marktmeester dat niet iedere marktkoopman kon komen. Dat scheelde een hoop hoofdbrekens. De markt werd erg goed bezocht. Nu is dat helaas anders. Sterker nog, als het slecht weer is, zie je zelfs bijna niemand.’ Maar Maurice is nog steeds dezelfde goedlachse persoon als toen hij begon. Heel gezellig en hij raakt niet uitgepraat. ‘Je krijgt hier nog echt persoonlijke aandacht, omdat je vaak te maken hebt met de eigenaar zelf. Dat is in een winkel weleens anders. Heel veel producten waar mensen vroeger speciaal voor naar de markt kwamen, vind je nu ook in winkels als de Action. Alleen als iets niet goed is, lossen wij het direct op. Daarnaast durf ik wel te stellen dat de kwaliteit van onze producten erg goed is. En we volgen de laatste trends. Ik koop iedere week nieuwe herenkleding in. Er hangt een goede sfeer. Het is gezellig en we maken graag een dolletje. Inmiddels help ik de derde generatie. Ik heb ze echt allemaal zien opgroeien. De markt moet weer een uitje worden. Even een gezellig rondje waar je allerlei bekenden tegenkomt.’

Marty Scholten & Zn. Groenten en Fruit.

Jan-Geert kan de woorden van Maurice alleen maar beamen. ‘Ook wij staan al heel lang in IJmuiden. Al sinds 1974. Mijn vader is hier begonnen met aardappelen, maar al snel werd het assortiment breder met groenten en fruit. In 1997 ben ik op mijn twintigste het bedrijf in gekomen. Maar ik stond al op de markt te helpen vanaf mijn veertiende.’ Op de vraag wat de IJmuidenaar het liefst eet heeft de groenteman snel een antwoord. ‘Kersen! En postelein. Ik verkoop deze bladgroente vooral in IJmuiden. Waar ik hier meestal 8 kistjes wegzet, doe ik op andere markten maar 1 kistje.’ Iedere dag koop Jan-Geert zijn groenten en fruit vers in in Amsterdam. En een paar keer per week gaat hij naar de veiling in Zaltbommel. ‘De IJmuidenaar is nog echt een aardappelen- en groente-eter. Dus ik ben erg blij dat zoveel mensen ons weten te vinden. Hier geldt trouwens ook hetzelfde als bij Maurice. Is er iets niet goed, dan lossen we dat heel graag op. Persoonlijke aandacht vinden wij ook erg belangrijk. De klant is koning en de meeste kennen we zelfs bij voornaam. In coronatijd trok de markt een hoop meer mensen. Wij mochten als eerste weer open, omdat we in de buitenlucht stonden. Als alles maar op anderhalve meter gebeurde. De markt werd in die periode ook weer een uitje. Net als vroeger. Het kan dus wel. Nu ebt het wel weer wat weg helaas, maar een hoop mensen zien we wekelijks nog steeds. Dat betekent dat we goed spul verkopen. Doe je dat niet dan blijven ze weg na twee of drie keer. Als het wat drukker wordt dan komen er ook weer meer kramen en dat is precies wat we willen.’